Otto Hamer
In zijn streven naar een zo rationeel en objectief mogelijke kunst volgt Otto Hamer een stroming die een hoogtepunt vond in de zestiger jaren. Begrippen als Cool art, Minimalisme en Primary Structures werden beeldend “vertaald” door kunstenaars als Ellsworth Kelly, Donald Judd, Sol LeWitt, Blinky Palermo en in Nederland Joost Baljeu, Peter Struycken, Bob Bonies en Ad Dekkers. De opvattingen en uitgangs-punten van deze kunstenaars deelt Otto Hamer en is daarmee een consequente vertegenwoordiger van de concrete kunst.
Ordening is voorwaarde voor kunst die bij Hamer ontstaat door het transformeren van het denken en daarna het omzetten in materie. Hierin bevindt zich het concept van zijn kunstenaarschap, de basis van zijn heldere schilderijen, constructies en tekeningen, waarin tijd, ruimte en licht de elementen vormen.
De aanwezigheid van het heldere, constructivistische werk van Hamer in dit door de collega-kunstenaar Stanley Brouwn en de architect Bertus Mulder bepaalde ruimte toont een optimaal samenspel van ideeën en concepten.
Hamer stelde zijn kunst tentoon in o.a. het Centraal Museum Utrecht, Galerie L’Idee, Zoetermeer en New Dutch Art Fair, Amsterdam.